Tijdens een vergadering van het Sectoroverleg Defensie (SOD) op donderdag 4 oktober 2018 hebben de Centrales van Overheidspersoneel (hierna centrales) de minister op de hoogte gebracht van het resultaat van de gehouden ledenraadplegingen. De CMHF sector Defensie heeft daarbij aangegeven dat meer dan driekwart van de leden tegen het onderhandelaarsresultaat arbeidsvoorwaarden heeft gestemd. Ook bij de andere centrales ACOP (AFMP), AC (VBM) en de CCOOP (ACOM) heeft een meerderheid van de leden tegen gestemd. Het merendeel van het defensiepersoneel vindt het onderhandelaarsresultaat dus onvoldoende en er is daarom geen sprake van een arbeidsvoorwaardenakkoord.
De leden hebben gesproken
Direct na het naar buiten brengen van het onderhandelaarsresultaat op 20 augustus jl. werd via de sociale media al snel duidelijk dat er veel weerstand was tegen het bereikte resultaat. Op diverse Facebookgroepen, via petities en via Twitter bleek dat voor een grote groep defensiemedewerkers dit resultaat niet voldeed aan de verwachtingen. Deze weerstand tekende zich nog duidelijker af toen wij een uitgebreide ledenraadpleging in binnen- en buitenland begonnen.
Al jaren heeft het defensiepersoneel het gevoel dat er niet naar hen wordt geluisterd. De CMHF heeft dit resultaat daarom neutraal aan het personeel voorgelegd. Bewust hebben wij er deze keer voor gekozen de leden zo min mogelijk te beïnvloeden, de mening van de leden moest de uitslag bepalen. Wel hebben wij op bijna dertig locaties leden en niet-leden indringend voorgelicht over de plussen en de minnen. Een enorme inspanning, maar wij zijn er tenslotte voor de leden. En de boodschap is helder, nee tegen dit resultaat. Niet alleen het materieel moet worden gerepareerd, maar ook het personeel is onderdeel van het herstel van de basisgereedheid. Dit resultaat is op alle gebieden onvoldoende!
Gedurende de ledenraadpleging kwam naar voren dat de gewekte verwachting voortvloeiend uit de Defensienota 2018, niet in overeenstemming was met hetgeen het defensiepersoneel verwachtte. Ze zien geen inhaalslag en maken zich grote zorgen over de gevolgen voor hun pensioen door de invoering van het nieuwe pensioenstelsel. Maar met name was men gewoon teleurgesteld. Dit was niet wat men verwacht had en zeker niet wat men gehoopt had.
Niet alleen de overgang naar een nieuwe pensioenregeling kreeg veel weerstand. Ook was het loonbod onvoldoende, waren de verhogingen van de toelages veel te weinig, zaten er nog te veel onduidelijkheden en open einden in het resultaat en was men zwaar teleurgesteld dat de invoering van het nieuwe loongebouw opnieuw is uitgesteld. En het waren niet alleen de mensen die er op achteruit gingen of die slechter werden van dit resultaat die tegen waren. Ook medewerkers die erop vooruitgingen stemden tegen, omdat zij het toch onvoldoende vonden of vanuit loyaliteit met de collega’s die er wel op achteruit gingen.
Vertrouwen
Defensie kampt al lange tijd met een gebrek aan vertrouwen van het personeel in de defensieleiding. Ondanks de Defensienota en de verbeteringen in de materiele positie verbetert het vertrouwen slechts marginaal. Het gebrek aan vertrouwen is een belangrijke reden waarom onze leden het resultaat verwerpen. Het personeel vindt dit resultaat ook als eerste stap volstrekt onvoldoende en heeft niet meer het geloof dat de volgende stappen echt verbetering zullen gaan brengen. Dit gebrek aan vertrouwen zou de eerste prioriteit van de defensieleiding moeten zijn. Het feit dat het beter gaat worden moet direct zichtbaar en voelbaar worden, het gaat nu om daden, woorden zijn niet genoeg, integendeel. Als de defensieleiding niet in staat is om dit gebrek aan vertrouwen te verbeteren zal waarschijnlijk elk nieuw onderhandelaarsresultaat niet worden geaccepteerd. Perspectief bieden is hier het toverwoord. En de vraag is: durft de defensieleiding dat?
En nu…
In juli schreven we al over een duivels dilemma. Wij kijken er niet van op dat het personeel het resultaat heeft afgewezen. Echter, waar brengt ons dat? Hoe moet het nu verder?
De CMHF heeft aangegeven snel met elkaar om de tafel te willen om te bepalen hoe nu verder. Gaan we verder praten over een nieuwe en betere cao en zorgt Defensie dat er meer geld beschikbaar komt voor deze arbeidsvoorwaarden of blijft het bij hetgeen nu geboden wordt?
Defensie heeft in het SOD van 4 oktober 2018 aangegeven zich te willen beraden op de gevolgen van deze overduidelijke uitslag. Inhoudelijk wil Defensie daar verder niets over uitlaten. Op de vraag van de CMHF hoe lang de minister hiervoor denkt nodig te hebben kwam geen duidelijk antwoord. De centrales hebben in ieder geval aangegeven uiterlijk 13 november a.s. bij de volgende geplande vergadering van het SOD hier duidelijkheid over te willen hebben. Bij voorkeur eerder, omdat het defensiepersoneel recht heeft op duidelijkheid en een verdere vertraging niet bijdraagt aan het herwinnen van het vertrouwen.
Is Defensie dan wel bereid om meer geld beschikbaar te stellen en over betere maatregelen te praten, dan zal de CMHF de stem van de leden, die tijdens de ledenraadpleging duidelijk naar voren is gekomen, kenbaar moeten maken. Mocht het besef er bij deze partijen nog niet zijn, wat we ons niet voor kunnen stellen, dan is de steun en inzet van het defensiepersoneel bij acties hard nodig.