De GOV|MHB is de afgelopen dagen overspoeld met boze reacties van leden die zeer onaangenaam getroffen en zwaar teleurgesteld zijn over de salarisachteruitgang (ruim 2%) die op hen van toepassing is per januari 2017. Afhankelijk van de rang betreft het een netto achteruitgang van 35 tot ruim 100 euro per maand.

 

Velen verwijzen naar januari 2013 toen zij eveneens werden geraakt door een aanzienlijke inkomensachteruitgang ten gevolgen van de invoering van de WUL. De financiële achteruitgang is net zoals bij de WUL een gevolg van de bijzonder positie van de militair. Het Kabinet heeft een financiële maatregel getroffen om de ambtenaar te compenseren voor de gestegen pensioenpremie maar heeft, wederom, geen rekening gehouden met de bijzondere positie van de militair t.o.v. overige ambtenaren. Het gevolg is dat alleen de militaire ambtenaar hard wordt getroffen in de portemonnee.


Dit laatste kan geen verrassing zijn geweest voor onze minister en het Kabinet. Eind oktober heeft de duo-voorzitter GOV|MHB, Marc de Natris, tijdens een overleg op het ministerie van Defensie reeds gewaarschuwd voor de negatieve effecten van de hoging van de pensioenpremie en de gevolgen voor de militair!

 

GOV|MHB

De GOV|MHB is van mening dat het Kabinet de militair hetzelfde moet compenseren als de overige ambtenaren. Het kan niet zo zijn dat de militair wederom salaris inlevert omdat deze een bijzondere positie heeft. Een positie die door het Kabinet en Tweede kamer is vastgesteld. De GOV|MHB roept het Kabinet en de Tweede Kamer op om nu eens eindelijk de rekening van de bijzondere positie militair niet weg te leggen bij de militair zelf maar bij het Kabinet. Het Kabinet en de Tweede Kamer hebben de bijzondere positie van de militair immers vastgesteld en het zou dan ook meer dan fair zijn richting de militairen dat het Kabinet de militair compenseert voor deze bijzondere positie en hiermee bewerkstelligt dat ook voor de militair 2017 goed begint.