Column Duo-voorzitter Marc de Natris | Haagse Rookgordijnen
Terwijl het defensiepersoneel als de titaan Atlas met man en macht probeert het
defensiehuis overeind te houden schrijft de minister in haar personeelsrapportage
aan de Tweede Kamer dat Defensie staat als een huis. Het gaat volgens de minister
over het algemeen, met uitzondering van enkele schaarste categorieën en financiële uitdagingen, goed met Defensie. “Eind 2015 sloot het personeelsbestand over het
algemeen goed aan op het functiebestand zoals vastgelegd in de numerus fixus”.
In de rapportage wordt aangegeven dat het militaire bestand voor 93,8% en het burgerbestand
met 95,6% is gevuld. Een bestand dat ten gevolge van de bezuinigingen met meer dan 12.000
functies is gekrompen en op 01-01-2016 100% gevuld had moeten zijn. Als dan ook nog in
ogenschouw wordt genomen dat individuele uitzendingen en opleidingen veelal vanaf de
primaire functie worden uitgevoerd dan is er sprake van een groot aantal lege stoelen in de
organisatie. Lege stoelen binnen een eenheid waarvan de werkzaamheden over het algemeen bij
anderen in de eenheid worden belegd.
De minister verwacht dat eind 2016 het vullingspercentage voor zowel het militaire - als het
burgerbestand met enkele tienden van een procent zal stijgen. Echter, als naar de delta tussen
de verwachte instroom en de verwachte uitstroom wordt gekeken, dan geldt voor zowel
het militaire - als het burgerbestand dat deze met ongeveer 850 militairen en 500 burgers
afneemt. Het aantal ‘handjes’ loopt wederom terug bij Defensie. In dezelfde brief schrijft de
minister dat Defensie zich op dit moment richt op een personeelsuitbreiding ter versterking van
de basisgereedheid. Het aantal functies moet ten opzichte van 2015 gaan toenemen terwijl
tegelijkertijd het aantal medewerkers van Defensie wederom zal afnemen. De delta zal dus nog
groter worden in plaats dat deze afneemt.
De minister maakt zich in haar rapportage zorgen over de financiële gevolgen van het ouder
wordende personele bestand. Door de ophoging van de AOW-gerechtigde leeftijd, lees het
kabinetsbeleid, en de UKW is het logisch dat de gemiddelde leeftijd óók bij Defensie gaat
toenemen. Het vervelende is echter dat de gevolgen van het kabinetsbeleid niet worden
gecompenseerd. De personele middensom waarmee Defensie rekent wordt namelijk niet aan
het ‘ouder’ worden aangepast. Sterker, we moeten volgens de boekhouder juist goedkoper gaan
worden. Het gevolg van dit ‘Chinese’ rekenen is dat de personele exploitatie niet meer passend is.
Er zijn dan twee opties: of men compenseert dit elders in het personele budget of men zoekt dit in
het vacaturemanagement. Van beide opties wordt er door de krijgsmachtdelen veelvuldig gebruik
gemaakt. Het gevolg is bijvoorbeeld minder opleidings-, reservisten- , dienstreis- of oefenbudget.
Daarnaast is het kunstmatig vacant houden van functies een veel toegepaste strategie. De
Haagse werkelijkheid, dat het goed gaat het personele vlak, is niet meer dan een rookgordijn.
De daagse werkelijkheid is dat het personeel met de ‘can do’ mentaliteit alle ballen in de lucht
probeert te houden totdat zij er genoeg van heeft en uiteindelijk de dienst verlaat.
Hoe zou het toch komen dat het irreguliere verloop bij Defensie niet te stoppen is?