Onder druk wordt alles vloeibaar
Het zomerverlof staat voor de deur. Een periode waar over het algemeen veel, onder vaak hoge druk, gebeurt. Een periode waar veelal schoonschip wordt gemaakt. Schoonschippen met als doel dat onderwerpen moeten worden afgehandeld om er zeker van te zijn dat ze nog tijdig in een wetgevingstraject kunnen worden opgenomen, of om te voorkomen dat er uitstel van maanden plaatsvindt, omdat het pas na Kamerreces weer kan worden opgepakt.
Een mooi voorbeeld van het wetgevingstraject is het principe pensioenakkoord dat onlangs is overeengekomen. Wil men de ophoging van de AOW-leeftijd per 1 januari a.s., terugdraaien dan moet dit voor 1 juli a.s. het wetgevingstraject ingaan. Haast is dus geboden en hier wordt dan ook gebruik van gemaakt: “onder druk wordt alles vloeibaar” heb ik ooit eens geleerd. In dit bulletin zal nader in worden gegaan op het principe pensioenakkoord. Als dit wordt omgezet in een akkoord dan valt er arbeidsvoorwaardelijk geld vrij bij Defensie. De vertraging van de ophoging van de AOW-leeftijd heeft tot gevolg dat er minder AOW-compensatie hoeft te worden uitgekeerd en dat er minder RVU (prepensioen) boete door Defensie moet worden betaald. Een boete van 150-175 miljoen euro die Defensie jaarlijks krijgt opgelegd omdat militairen met UKW gaan. Daarnaast biedt de mogelijkheid van 2 jaar verlofsparen in relatie tot het inverdienen, eveneens een kans voor Defensie.
Uitstel van maanden kan ook een reden zijn om vaart te maken. Dit laatste is zeker van invloed op de arbeidsvoorwaardenonderhandelingen. Alle partijen zijn het erover eens dat voor het zomerverlof tot een akkoord moet worden gekomen. Het is dan ook teleurstellend dat er op het moment dat ik dit schrijf nog geen arbeidsvoorwaardenresultaat ligt. Teleurstellend omdat we afspraken hebben gemaakt om eind april klaar te zijn.
Het is nu half juni en het is nog steeds niet gelukt. Ruim 8 maanden na het afwijzen van het arbeidsvoorwaardenresultaat is er nog geen overeenstemming over een resultaat. Dit zet te denken. We hebben te maken met hoogconjunctuur en een enorme krapte op de arbeidsmarkt. De ongewenste hoge uitstroom van militairen is de eerste 6 maanden gestaag doorgegaan. Ik vraag me af wat de onderliggende strategie is van het traag verlopen van het arbeidsvoorwaardenproces? “Onder druk wordt alles vloeibaar?”.
Wat ik in ieder geval bespeur is dat het defensiepersoneel arbeidsvoorwaarden moe is. Alles beter dan niets, hoor ik regelmatig. Dit kan ook een strategie zijn, maar dit gaat Defensie uiteindelijk niet helpen. De achterstand ten opzichte van andere sectoren wordt zo in stand gehouden en de ‘braindrain’ door uitstroom wordt niet gestopt. Dit is de afgelopen jaren de praktijk geweest: het personeel vloeit weg, omdat ze geen enkele (arbeidsvoorwaardelijke) druk voelt om te blijven.